Tijdens een bestuurswisseling in 1962 werd door drie oud-voorzitters (Bielders, de Waard en Sandberg) en de eerste secretaris (de Gruyter) een bekeraangeboden. Pas in november 1966 werd door het bestuur een bestemming aan deze“voorzittersbeker” gegeven: de Beste Watergeus van het Seizoen. Vanaf dat moment kwamen de schenkers jaarlijks aan het eind van het seizoen bijeen om, in gezamenlijk overleg, vast te stellen wie tot BWGS zou worden benoemd. Vaak lieten zij zich daarbij adviseren door het bestuur, dat een lijstje kandidaten indiende. Werd vervolgens op de eerstvolgende Algemene Ledenvergadering de naam van de BWGS bekendgemaakt.
Onder het uitspreken van de woorden:
“Deez beker wordt aan die Geus geschonken,
Die niet alleen veel heeft gedronken,
Veel lief en leed heeft meegedeeld,
Maar ook nog hockey heeft gespeeld!
Omdat hij, als voorbeeld voor de leden,
Die hopelijk in zijn voetspoor treden,
De ware clubgeest uit heeft gedragen,
Wordt hij tot “Geus van het seizoen” geslagen.
De eerste drie bekerhouders zijn in 1966 met terugwerkende kracht benoemd. Op 16 augustus 1977 besloot het viertal Oergeuzen dat zij, met het vorderen der leeftijd, het zicht op alle Geuzen wat kwijtraakten en moeite kregen met het bepalen van de BWGS. Zij nodigden de zittende voorzitter en diens voorganger uit, om plaats te nemen in het selectiecomité. Vanaf dat ogenblik deed het bestuur jaarlijks een schriftelijke, beargumenteerde voordracht, totdat in augustus 1981 de beker “vol”was. Er kon echt geen naam meer bij. Bij schrijven van Geus J.H. de Gruyter van 30 augustus 1981 schonk het “oud en grijs geworden” college vervolgens een nieuwe beker en gaf het bestuur opdracht om voortaan jaarlijks zelf een beste Geus aan te wijzen. Sindsdien wordt de trofee jaarlijks tijdens de Algemene Ledenvergadering met enig ceremonieel overhandigd aan de “Beste Watergeus van het Seizoen”, die de bokaal vervolgens een jaar lang thuis mag hebben ter pronk.
Jaar | Winaar |
1963-1964 | W.J. Heringa |
1964-1965 | O. den Boeft |
1965-1966 | A.J. van Santen |
1966-1967 | M.D.A. Forbes Wels |
1967-1968 | R. Swint |
1968-1969 | D. Ruimschotel |
1969-1970 | F. Bom |
1970-1971 | H.W.M. van Dam |
1971-1972 | P.J. Hupkes |
1972-1973 | E.H. Kruizinga |
1973-1974 | E.J. Fennet |
1974-1975 | --- |
1975-1976 | G.A.M. van Wermeskerken |
1976-1977 | A.J. van der Hout |
1977-1978 | G.W. van Teylingen Bakker |
1978-1979 | W. van Rossem |
1979-1980 | W. Yspeert |
1980-1981 | A.J. Gelderblom |
1981-1982 | J.L.A. van Aalst |
1982-1983 | J. Kleijn |
1983-1984 | --- |
1984-1985 | W.J. Vriethoff |
1985-1986 | G.B. Velthuijsen |
1986-1987 | H.S. Bedet |
1987-1988 | J.W. van Waning |
1988-1989 | R.E. de Wit |
1989-1990 | A.C. Teurlings |
1990-1991 | P.J. Muller |
1991-1992 | J.L.A. van Aalst |
1992-1993 | A. Veentjer |
1993-1994 | A.J.A. Giepmans en H.A. Mathey |
1994-1995 | E.J. Fennet |
1995-1996 | R.W. Goossens |
1996-1997 | W.J. Arriëns |
1997-1998 | W.M. van de Sande |
1998-1999 | R.E. de Wit |
1999-2000 | H.T.M. Hugen |
2000-2001 | W.H. Hoek |
2001-2002 | J.Ph.C. Giesberger |
2002-2003 | R.H. Campagne |
2003-2004 | R.O.P. Pulles |
2004-2005 | T.C.H. Speth |
2005-2006 | M.J.M. Hezemans |
2006-2007 | J.F. Grootendorst |
2007-2008 | S.B. van Opstal en I.G. Moorrees |
2008-2009 | J.W. van Waning |
2009-2010 | Ronald Holm |
2010-2011 | Pieter Hamaker |
2011-2012 | niet uitgereikt |
2012-2013 | Huib den ouden |
2013-2014 | Arnold Giepmans |
2014-2015 | Kees-Jan Mes |
2015-2016 | Pierre Meermans |
2016-2017 | Tim Lenselink |
2017-2018 | niet uitgereikt |
2018-2019 | Sander van Luik |
NL86 INGB 0001326402
KvK nummer 40634680
hier vind je onze privacyverklaring